Stuk van de maand: regels tegen konijnen

Elke maand plaatsen we een bijzonder archiefstuk uit onze collectie in de schijnwerpers. Deze keer: een verordening over de ‘konijnheining’ bij Bakkum.

Konijnen waren voor veel mensen in de buurt van de duinen een ware plaag. Daarom legden de bestuurders van Bakkum in 1777 regels vast voor het onderhoud van de 'conynheyningh' (konijnheining), een afscheiding die de konijnen uit de duinen moest tegenhouden. Ze lieten de keur of verordening drukken in Amsterdam.

‘Onverdragelyke schade’

De bestuurders schrijven in de keur dat ze ‘menigvuldige klagten’ hebben gehoord van bewoners van het duingebied ‘over de grote en onverdragelyke schade’ die de vele konijnen aanrichtten aan zowel de landbouwgewassen als de bossen. Mensen met land dat grensde aan de duinen waren verplicht stevige schuttingen neer te zetten en sloten goed te beschoeien, allemaal om de konijnen te stoppen. Maar bij inspectie was gebleken dat die schuttingen en schoeiingen vaak in slechte staat verkeerden. Konijnen konden daardoor op het land en in de bossen komen en daar hun holen graven.

Daarom bepaalden vrijheer Joan Geelvinck van Bakkum en zijn vertegenwoordiger de baljuw samen met de schout en schepenen dat alle eigenaren of gebruikers van land aan de duinen hun heiningen in orde moesten maken. Allerlei regels moesten ervoor zorgen dat er voortaan overal een goede heining zou zijn, dat beschadigingen snel gerepareerd zouden worden en eventuele konijnenholen gevuld.

Keur konijnheining  Konijnen

Overspringende konijnen

Zo moesten de schuttingen vijf voet (ongeveer anderhalve meter) hoog zijn en een flink stuk in de grond steken, zodat er geen konijnen onderdoor konden. Ze moesten gebouwd zijn met goede palen, planken en spijkers. Boven op de heiningen moest een overstekend stuk hout gespijkerd worden, om het ‘overspringen der Konynen’ te voorkomen. De onderste helft van de schutting moest met teer bestreken zijn, zodat konijnen zich er geen weg doorheen konden knagen. Verder moest iedereen op zijn eigen land alle konijnengaten dichten.

tekst Overspringen der Konynen

Wie zich niet aan de regels hield, kon een fikse boete krijgen. Iedere dag zou er een controleur of 'schouwer' rondlopen om erop toe te zien dat de regels werden nageleefd. Alleen als de konijnen bij strenge vorst over het ijs de sloten konden oversteken hoefde de controleur niet in actie te komen.

Bekijk de hele keur in het oudste archief van de gemeente Castricum, waar Bakkum sinds 1812 deel van uitmaakt.

test