De oprichting van Alkmaars gymnasium

“Moge het gymnasium worden een sieraad voor onze stad”. Op 9 september 1904 opent rector Blokhuis met deze welluidende woorden het eerste schooljaar van het Stedelijk Gymnasium. Het is het begin van 120 jaar gymnasiaal onderwijs in Alkmaar. De oprichting van het gymnasium vormt het sluitstuk van een jarenlange discussie, de ‘gymnasium-questie’, binnen de gemeente.

De ‘gymnasium-questie’ begint in 1899, als een groep vooraanstaande Alkmaarders hun wens over het oprichten van een gymnasium voorlegt aan de gemeenteraad. Niet iedereen is het met het voorstel eens en er breekt een discussie uit die tussen 1900 en 1904 in de Alkmaarse Courant breed wordt uitgemeten. Voorstanders wijzen de gemeenteraad onder meer op de Onderwijswet, volgens welke Alkmaar verplicht is een gymnasium te hebben wanneer de stad meer dan twintigduizend inwoners zal tellen. Tegenstanders brengen hier tegenin dat de gemeentelijke financiën niet toereikend zijn en dat de oprichting van een gymnasium daarom beter kan wachten tot het moment dat Alkmaar het wettelijk vereiste inwoneraantal bereikt.

Kosten en kansengelijkheid

De kosten voor en de toegankelijkheid van een gymnasium zijn de belangrijkste discussiepunten. “Het deert een rijk man niet of Alkmaar een gymnasium bezit of niet, hij kan zijn kinderen zenden waarheen hij wil, maar wel den man, die rekening moet houden met zijn geld, die thans in zijn voornemen zijn kinderen te laten studeeren, wordt gebreideld,” stelt een voorstander. Een tegenstander brengt echter in dat de Rijks HBS er “voor allen” is, en het gymnasium alleen voor degenen die willen doorstromen naar het hoger onderwijs. Slechts een enkeling wijst in deze discussie op de nieuwe mogelijkheden die een gymnasium biedt voor de ontwikkeling van meisjes.

Bij de viering van het vijftigjarig bestaan in 1954 waren ook leerlingen uit het allereerste leerjaar in 1904 aanwezig. Collectie Regionaal Archief Alkmaar, foto uit het archief van het Murmellius Gymnasium.

Dat de discussie lang niet altijd constructief wordt gevoerd, is op te merken uit verschillende ingezonden brieven in de Alkmaarse Courant. “De strijd over het gymnasium is allengs een bijzondere geworden; men redeneert niet tegen, doch langs elkaar,” verzucht een briefschrijver.

Tien tegen zeven

In 1900 besluit het college van B&W het onderwerp op de lange baan te schuiven, vanwege zorgen over de financiële situatie van de gemeente en de landelijke dalende trend van gymnasiumleerlingen. Maar drie jaar later verandert de samenstelling van B&W. Nu haalt een voorstel tot oprichting van een gymnasium de stemming nipt. De gemeenteraad fluit B&W eerst nog terug: er moet een begroting komen. Volgens deze uiteindelijke begroting zijn de kosten flink, ondanks dat de helft (ruim zesduizend gulden) door het Rijk wordt bekostigd.

Het briefje waarmee Mr. Bosman zijn kinderen in 1904 opgaf voor het pas opgerichte gymnasium. Onder hen was Maria, die later rechten ging studeren. Collectie Regionaal Archief Alkmaar, archief van de curatoren van het Stedelijk Gymnasium.

 

Verschillende stemmingen in de gemeenteraad bieden geen duidelijke uitkomst. Het lot van het gymnasium hangt nu af van de definitieve stemming in de raadsvergadering van 16 maart 1904. Volgens de voorspelling zal het voorstel met één stem meerderheid worden aangenomen, mits alle raadsleden aanwezig zijn. Een sleutelrol is weggelegd voor de heer De Sonnaville, die op de ochtend van de raadsvergadering de stad uit is. Hij bereikt het stadhuis maar net op tijd. Dankzij zijn stem, maar misschien nog wel meer dankzij de heer De Groot, die als een zwevende kiezer eerder wisselend voor en tegen het voorstel had gestemd en uiteindelijk vóór stemde, wordt met tien stemmen tegen zeven het gymnasium in Alkmaar opgericht, op dat moment het dertigste gymnasium van het land.

Het eerste schooljaar

De oprichting van het gymnasium is een feit, dus er is een leslocatie nodig. Hiervoor worden de bovenlokalen van het Burgerweeshuis, naast de Grote Kerk, gehuurd. Het curatorium, het bestuursorgaan van de school, stelt de heer Blokhuis aan als rector. Het schoolgeld voor leerlingen bedraagt honderd gulden per jaar. Leerlingen uit armere gezinnen kunnen in aanmerking komen voor vrijstelling van les- en boekengeld als zij naar het oordeel van het curatorium over voldoende kennis en capaciteiten beschikken.

Het voormalige Burgerweeshuis naast de Grote Kerk, circa 1903. In 1904 werd het gymnasium op de bovenverdieping gevestigd. Het gebouw werd in 1969 gesloopt. Collectie Regionaal Archief Alkmaar (RAA012001607).

Om toegelaten te worden tot het Stedelijk Gymnasium Alkmaar moet een kandidaat een toelatingsexamen maken. Als die met goed gevolg is afgelegd, kan een leerling zich inschrijven op de school – mits er een bewijs van de pokkenvaccinatie is aangeleverd, zoals sinds 1872 in de Wet op de Besmettelijke Ziekten is vastgelegd. Het eerste schooljaar zijn er 33 leerlingen, van wie tien meisjes. De leerlingen krijgen les in Oude Talen, Nederlands, Frans, Duits, Engels, Aardrijkskunde, Geschiedenis, Natuurkunde, Scheikunde en Natuurlijke Historie.

De eerste lichting: de lijst van de 35 leerlingen die werden toegelaten tot het gymnasium in 1904. Collectie Regionaal Archief Alkmaar, archief van de curatoren van het Stedelijk Gymnasium.

Vanaf het eerste schooljaar heeft het gymnasium een streekfunctie: een aantal leerlingen komt van buiten de stad. Bijvoorbeeld Sipke Inne van der Meulen uit Nieuwe Niedorp, die eerder helemaal naar Sneek reisde om daar het gymnasium te bezoeken. Sipke studeert in 1908 af. De eerste klas van 1904 blijkt sowieso succesvol, want het merendeel haalt het eindexamen en studeert verder. Voor een aantal meisjes is het gymnasium een opstap naar verdere ontwikkeling: Maria Bosman en Alida Lubbe promoveren in de rechten, Anna Noorduyn en Dina van Reenen in de geneeskunde.

Hebreeuws

In de jaren die daarop volgen ontwikkelt het gymnasium door. Vanaf het schooljaar 1905 wordt ‘de derde klassieke taal’ aan het curriculum toegevoegd: Hebreeuws. Met een onderbreking in het schooljaar 1944-1945 wordt dit vak tot in de jaren zeventig aan het gymnasium gedoceerd. Vanaf 1921 wordt lesgegeven in de vakken tekenen en lichamelijke oefening. Het eerste decennium worden de lessen aan het Stedelijk Gymnasium Alkmaar verzorgd door enkel mannelijke docenten. De eerste vrouw verschijnt in 1913 in de lijst van lesgevend personeel, Mej. Dr. M.M. Assmann voor Oude Talen. Een vrouwelijke rector is pas in 2022 een feit.

Plattegrond van de inrichting van het gymnasium in het Burgerweeshuis, 1903. Collectie Regionaal Archief Alkmaar (PR1005361).

Het Alkmaarse gymnasium volgt de landelijke trend van een toenemend aantal gymnasiasten en blijft groeien. Het Burgerweeshuis wordt al snel te klein. Bovendien heeft die leslocatie ook andere nadelen: leerlingen klagen bijvoorbeeld over de herrie die in de tuin van het weeshuis wordt gemaakt door spelende weesjes en de pauwen die door de ‘weeshuisvader’ worden gehouden. Rector Hemelrijk weet uiteindelijk de bouw van een nieuw gymnasium aan de Bergerhout te realiseren, waar in 1938 het Murmellius Gymnasium van start gaat, genoemd naar de humanist Johannes Murmellius die rond 1500 de Latijnse School te Alkmaar internationale allure gaf. Op die locatie viert de school dit jaar haar 120-jarig bestaan.

De discussie rond het al dan niet oprichten van een gymnasium in de gemeenteraad in 1900 werd uitgebreid beschreven in de Alkmaarsche Courant van 5 januari 1900.

Beluister hier een opname uit 1960 met een vertelling over de geschiedenis van de Latijnse School in Alkmaar. Opname afkomstig van een cassettebandje uit de geluidscollectie van het Regionaal Archief Alkmaar.

Het poortje van de Latijnse School – de voorganger van het gymnasium, die aan het begin van de zestiende eeuw bloeide onder rector Murmellius. Toen het oude schoolgebouw aan de Doelenstraat werd gesloopt verhuisde de poort mee, om uiteindelijk bij het huidige Murmellius Gymnasium terecht te komen. Foto door Berend Ulrich, 1985. Collectie Regionaal Archief Alkmaar (FO 1012833).

Met circa achthonderd leerlingen uit alle geledingen, een sterke regiofunctie en een beeldbepalend gebouw aan de Bergerhout kan het Murmellius Gymnasium 120 jaar later het sieraad genoemd worden waar rector Blokhuis in 1904 op hoopte. Pareltjes uit het archief van de school zijn afgelopen jaar overgedragen aan het Regionaal Archief Alkmaar. In september viert het Murmellius het lustrum met verschillende activiteiten.

Door Stefanie Schipper, docent geschiedenis aan het Murmellius Gymnasium

Het huidige gebouw van het Murmellius Gymnasium aan de Bergerhout. Foto door C. Molen, 2009. Collectie Regionaal Archief Alkmaar (NL-AmrRAA_1527_2018-28_0181).

test