Niet zelden zorgt stamboomonderzoek voor spraakmakende historische ontdekkingen. Hoewel er nog veel te vaak alleen wordt gezocht via de lijn der voorvaders, is er sinds enige jaren gelukkig steeds meer aandacht voor familieonderzoek via de lijn der moeders. Het verhaal van Hermina Bertelman is hier een indrukwekkend voorbeeld van. Zij woonde tussen 1910 en 1919 in Alkmaar.
Stille studiezaal
Genealogie, de wetenschap die de afkomst of afstamming bestudeert. Dagelijks zijn er in de stille studiezaal van het Regionaal Archief Alkmaar mensen te vinden die speuren naar gegevens over hun voorouders. Al dan niet gestimuleerd door goed bekeken enthousiaste televisieprogramma’s als ‘Verborgen Verleden’ en ‘De Erfgenaam’. De ene studiezaalbezoeker heeft na een uurtje gevonden wat hij of zij zocht, de ander zit letterlijk meer dan tien jaar te speuren en te wroeten in de boeken en is nooit echt gereed. Dikke verslagen met duizenden namen van verwante personen geordend op naam, geboortedatum, huwelijksdatum, sterfdatum, beroep, religie, adres en nog heel veel meer als resultaat. Er wordt wel eens gezegd dat het als een virus werkt, je wordt ermee besmet. Een verslavende eeuwige puzzel van informatie over voorouders en het ontrafelen van hun geheimen. “Je lijdt dan aan een geslachtsziekte” is een regelmatig gehoord grapje binnen de groep van enthousiaste genealogen.
Hermina Issadi - Bertelman
Afgelopen jaar werd het archief bezocht door Rick Huber, een vriendelijke heer uit Brabant, geboren in 1956 in Medan, de hoofdstad van Sumatra. Sinds enige tijd was hij achter verrassende nieuwe informatie gekomen over het leven van zijn grootmoeder, Hermina Dorothea Bertelman. Zijn moeder Davia die in 1958 op 39-jarige leeftijd was overleden en die hij eigenlijk nooit heeft gekend omdat hij toen pas twee jaar oud was, had hem er nooit over kunnen vertellen. De levenslopen van zijn moeder en grootmoeder kende zodoende vele onbekendheden en mysteries.
Sinds 2018 was daar verandering in gekomen door een zeer gelukkige ontdekking door Rick, een ware doorbraak! In een antiquariaat vond hij een aantal exemplaren van “De Aarde en haar Volken”, een Nederlands geïllustreerd tijdschrift dat tussen 1865 en 1940 verscheen en waarin wetenschappelijke en culturele reisverslagen werden gepubliceerd. In enkele van de tijdschriften waren artikelen opgenomen over het dorpje Ait Frah dat ligt in de streek Kabylië in het noorden van Algerije. De artikelen waren stuk voor stuk ondertekend door H.D. Issadi-Bertelman. Dat moest wel familie zijn: de naam van zijn oma, de moeder van zijn moeder Davia. En dan moet Issadi wel de naam van zijn opa zijn geweest; Rick Huber had voorouders in Algerije!
Langs vele omzwervingen op internet en archiefbezoeken in het land, kwam Rick in Alkmaar terecht. Via de website van het archief had hij ontdekt dat zijn grootmoeder in 1910 vanuit Sloten in Alkmaar was aangekomen en dat zij was gaan wonen in een huisje aan het Luttik Oudorp. Een paar jaar later, in 1914, verhuisde ze naar de Laat, nummer 29. Ze moet een ontwikkelde vrouw zijn geweest: ze was bedreven in de zogenoemde naaldkunst zoals breien, haken en borduren, sprak haar talen, was geboeid door fotografie en hield van het maken van gedichten. Uit verschillende artikelen in de Alkmaarsche Courant blijkt dat ze met dit laatste ook prijzen won. Op 14 september 1918 werd zelfs welwillend een halve krantenpagina met haar gedichten en verzen gevuld nadat zij daar de redactie om had verzocht.
Een Algerijnse handelsreiziger
Hermina Dorothea Bertelman moet in datzelfde jaar 1918 de Algerijnse handelsreiziger Ammar Ben Mohammed Issadi ontmoet hebben. Na een korte relatie reisde Ammar verder, niet wetende dat Hermina een kind van hem verwachtte dat uiteindelijk op 21 december 1918 hier in Alkmaar geboren zou worden. In de geboorteakte alhier opgemaakt, staat haar naam; Davia Maria. Samen met haar moeder zou zij een jaar later vertrekken naar Algerije. Hermina Dorothea reisde de vader van haar dochter achterna in de hoop hem opnieuw te ontmoeten en hem kennis te kunnen laten maken met hun kind. Maar Hermina’s reis naar Ammars geboortedorp Ait Frah leidde niet tot een ontmoeting tussen vader en dochter: Ammar was in Marseille blijven hangen en werkte daar in de haven.
Vanaf het moment dat Hermina met haar kleine Davia arriveerde in Algerije, begon zij aantekeningen te maken van alles wat zij zag en meemaakte. Het moet voor Hermina een adembenemende en een ware openbaring zijn geweest; wat een verschil met het Hollandse Alkmaar! De schrijfsels verwerkte ze tot bijzonder onderhoudende en leesbare artikelen. Aan het eind van 1920 stuurde zij die op naar de redactie van de Alkmaarse Courant. Deze redactie kon zich Hermina natuurlijk nog wel herinneren vanwege haar gedichten en andere verhaaltjes en besloot de brieven te publiceren. Op oudejaarsdag 1920 stonden ze in de krant onder de titel “Brieven uit een zonnig land”. Uitvoerig wordt in haar schrijfsels verslag gedaan van Algerije, haar inwoners en hun doen en laten, de cultuur en religie, het weer en de natuur. Uit alles blijkt haar enorme brede interesse naar exotische gebruiken, haar liefde voor het vreemde en ook haar geluk dat ze was vertrokken uit Nederland.
De droom is vervuld
Het uitvoerige artikel begint met “Onze vroegere stadsgenote mevrouw H.D. Issadi-Bertelman schrijft ons uit Fort National (Algerië) o.a. het volgende: De droom is vervuld. Mijn voet rust op de bodem van het warme land dat ik in stilte altijd vreesde nooit te zullen bereiken. Om mij heen is het licht, het heerlijke, gloeiende mooie licht, en in het koesterende novemberzonnetje zit naast me op een rots een klein levend wezentje, mijn dochter Davia. De droom is vervuld!!!” Daarna volgen allerlei heel uiteenlopende aspecten van het land, waarbij duidelijk wordt dat Hermina de plaatselijke gewoontes en gebruiken graag overnam en die uit Nederland liever afzwoer: “Onze japonnen zijn zo gemakkelijk te maken. We dragen tammelahow, dat is het opperkleed, dat in de bijbel zo vaak genoemd wordt en daaronder de gandoera, het onderkleed, dat men er onderuit kan zien”.
De gedetailleerde beschrijvingen gaan door en door, alle aspecten uit het alledaagse Algerijnse leven komen uitvoerig aan bod. Net als in al haar artikelen die werden geplaats in “De aarde en haar volken”. Verhalen over het huiselijk leven, kleding, bruiloften, marktdagen, de harem, feesten, de winter, landbouw, sierraden en nog veel meer. Alles komt in duizenden woorden gedetailleerd tot leven voor het geïnteresseerde, lezende Nederlandse publiek.
Maar het verhaal eindigt bijzonder abrupt en verdrietig. De zo van het Algerijnse leven genietende Hermina overleed al op 43-jarige leeftijd en liet haar slechts vijfjarige dochter Davia alleen achter. De Algerijnse overheid besloot daarop Davia terug te sturen naar Nederland aangezien ze door de Algerijnen als wees werd beschouwd. Na in Amsterdam te zijn aangekomen werd Davia ondergebracht in het weeshuis Zandbergen te Amersfoort, om enige tijd later te worden geadopteerd. In 1954 huwde ze en in 1956 werd ze moeder van Rick. Weer twee jaar later zou Davia, net als haar moeder, veel te jong overlijden.
Op bezoek met een boekje
Nadat Rick al deze bijzondere ontdekkingen over zijn moeder en grootmoeder had gedaan, heeft hij inmiddels verschillende malen het dorpje Ait Frah bezocht en daar de familie Issadi ontmoet. Telkens werd hij daarbij uitvoerig en gastvrij ontvangen op een manier zoals zijn grootmoeder het al beschreef. Daar ver weg in het ruige gebied kreeg hij van een oude dame met een goed geheugen te horen dat zijn grootvader Ammar na de Frans-Algerijnse oorlog nog tevergeefs naar Nederland is teruggekeerd om zijn dochter te zoeken. Ammar vond haar nimmer en overleed later ziek van verdriet in Algerije.
Rick heeft over al zijn bevindingen en ontdekkingen een boekje geschreven met de titel “Brieven van een landgenote in Kabylië”. Het bevat enkele aansprekende biografische schetsen met schaarse historische foto’s van het bijzondere maar korte leven van zijn grootmoeder en moeder. Daaropvolgend alle artikelen die destijds zijn geschreven door Hermina over Algerije. Naast de Nederlandse uitgave bestaat ook een naar het Frans vertaalde versie. Deze exemplaren, in heel beperkte oplage, wordt gretig gelezen in het gebied waar ze zich afspelen. Geschiedenissen over het Kabylië van ruim honderd jaar geleden, gezien door de ogen van een stoere, zelfstandige, nieuwsgierige en intelligente vrouw die met haar jonge dochtertje het verre Alkmaar in 1919 had verlaten. Op reis om haar droom uit te laten komen.
Door Jesse van Dijl