Het Ehrenfriedhof van Alkmaar

Zo nu en dan stuit je in het Archief nog eens op een relatief onbekend stukje Alkmaarse geschiedenis. Zo weten bijvoorbeeld maar weinig mensen dat er op de Algemene Begraafplaats tot 1950 ruim 200 Duitse soldaten lagen begraven. Op het ‘Ehrenfriedhof’ lagen soldaten die waren omgekomen in Noord-Holland door gevechtshandelingen of ongelukken. Ook lagen er elf Nederlandse leden van de Landwacht. Soldaten die waren geëxecuteerd of zelfmoord hadden gepleegd lagen op een aparte plek achter het ereveld. 

De eerste Duitse soldaat op de Algemene Begraafplaats was Rudolf Wilhelm (23 jaar), hij werd op 16 mei 1940 begraven nadat hij op 13 mei in het Centaal Ziekenhuis van Alkmaar was overleden aan de verwondingen die hij opliep tijdens een noodlanding met zijn Messerschmitt 109 in Anna Paulowna. In eerste instantie werden de soldaten begraven op een andere plek op de begraafplaats. Later werd er op de plek van het tegenwoordige vak K een ‘Ehrenfriedhof’ gemaakt. Het waren simpele graven met een houten kruis, waarop meestal een naam stond. Er waren 13 graven waarop een fez (hoofddeksel) stond afgebeeld. De soldaten die daar begraven lagen kwamen vaak uit Centraal-Azië en de Kaukasus. Bijna allemaal waren ze onderdeel van het Turkestanisches Infanterie-Bataillon 787.

Het begrafenisregister met de vermelding van de eerste begraven Duitser Het begrafenisregister met de vermelding van de laatste begraven Duitser


De jongste begraven Duitse soldaat was 17 jaar, de oudste 65 jaar. Uit bronnen uit het Archief is op te maken dat de meeste soldaten zijn overleden in Heiloo (64), Alkmaar (9), Hoorn (11) en Petten (12). In Heiloo bevond zich in de Sint Willibrordusstichting het Marine Lazarett. Hier werden veel gewonde soldaten tijdens de oorlog naartoe gebracht. Velen die daar stierven, werden begraven in Alkmaar. De grootste groep die in een keer werd begraven op het Ehrenfriedhof, waren soldaten die na een ongeluk met mijnen leggen in Petten op 3 juli 1944 waren omgekomen. 10 soldaten kwamen daarbij om het leven, waaronder twee Italiaanse krijgsgevangenen die moesten meehelpen. Onderhoud aan al die militaire graven kostte de gemeente 5 gulden per graf (voor normale graven was dat 2 gulden). Ze moest dat wel zelf voorschieten, maar kreeg het later terug van het Rijk.

Ingang Ehrenfriedhof Alkmaar of Bergen Het Marine Lazarett in Heiloo. Begrafenis op het Ehrenfriedhof tijdens de oorlog


De ‘pompeuze’ (zoals de Alkmaarsche Courant het in 1950 noemde) toegangpoort tot het Ehrenfriedhof werd vrij snel na de bevrijding verwijderd en de begroeiing doorgetrokken. Ook werden soldaten die zelfmoord hadden gepleegd of waren geëxecuteerd, herbegraven tussen de andere soldaten. De laatste Duitse soldaat vond op 4 juni 1945 zijn rustplaats op het ereveld. In 1950 bleek dat de Algemene Begraafplaats te weinig graven in voorraad had voor de komende 10 jaar. Er was dus ruimte nodig. Uitbreiding bleek erg lastig omdat de gemeente de grond rondom de begraafplaats niet in bezit had. Tuingronden zouden dan onteigend moeten worden en op die procedures zat men niet te wachten. Besloten werd de Duitse soldaten te laten opgraven en over te brengen naar de  speciaal daarvoor bestemde Duitse militaire begraafplaats in Ysselsteyn (Limburg). Militairen van de Dienst voor Identificatie en Berging van de Koninklijke Landmacht verrichtten de opgravingwerkzaamheden en het transport naar Ysselsteyn. Voor het transport werden nog wel alle kisten van de opgegraven soldaten opengemaakt en wat men aantrof werd opgeschreven in zogenaamde exhumatierapporten. In deze rapporten kan je o.a. lezen dat er bij veel soldaten ledematen (armen, benen en hoofden) ontbraken. Ook waren van sommige soldaten niet meer dan enkele botresten begraven. Het meest opvallende is dat er in een kist geen mensenresten werden gevonden, maar vermoedelijk botten van een kalf.

Lijst met Duitse soldaten met niet-westerse achtergrond Plattegrond begraafplaats met locatie Ehrenfriedhof krantenartikel 1950 over verdwijnen Ehrenfriedhof


Tegenwoordig liggen de meesten van de overgebrachte soldaten en landwachters nog op de militaire begraafplaats in Ysselsteyn. Daar liggen er in totaal 32.000. Elk jaar, op een zondag in november, is er een herdenking tijdens de Volkstrauertag. Dat is de Duitse nationale herdenkingsdag voor alle Duitsers die omkwamen in gewapende conflicten. Meer over Ysselsteyn is te lezen in dit artikel bij Trouw.

test