Schoolboekjes van Pieter Bruin

Sinds vorig jaar heeft het Regionaal Archief Alkmaar in haar bibliotheekcollectie een prachtige collectie negentiende-eeuwse schoolboekjes. Ze zijn afkomstig uit de nalatenschap van Pieter Bruin (1851- 1942) van het Noordeinde van Graft, een telg uit de bekendste touwslagersfamilie van het dorp. Zoomen we in op zijn schooltijd aan de hand van het door hem genoten onderwijs, dan krijgen we een kijkje in het dorpsleven in het midden van de negentiende eeuw.

schoolboekje met kleurenprent  A.B.C. boek  Leesoefeningen voor kinderen

Behalve de manier van lesgeven weerspiegelen de boekjes ook het alledaagse leven van toen: in rekenopdrachten zien we prijzen (in centen en guldens) terug van waren die allang in onbruik zijn. En we ontdekken de toen gangbare sociale verhoudingen: tussen man en vrouw, tussen verschillende standen en tussen bevolkingsgroepen. Voor dat laatste is het oudste boekje uit de 42-delige collectie exemplarisch. Het is een uitgave van ‘De kleine kindervriend. Een schoolboekje voor jonge kinderen’ uit 1835 (overigens een 29e druk!). In een van de nogal moralistische verhalen lezen we over Jantje. Hij was in het water gevallen en behalve ‘die oude leelijke jood’ had niemand dat zien gebeuren. Denkend aan hoe Jantje altijd aardig was voor zijn kinderen schoot deze te hulp, waarna Jantje verzuchtte: ‘O, mijn lieve moeder had toch wel gelijk. Wij moeten alle menschen lief hebben en goed doen, zoo veel wij kunnen, al is het ook maar een oude leelijke jood’.
Onschuldiger zijn de waarschuwingen voor slecht gedrag, opgesomd in het ‘Nieuw leerzaam letterschuurtje’. Dit boekje had gekleurde plaatjes, een luxe editie! Uiteraard werden er naast lessen in ‘wellevendheid’ (behoorlijk gedrag) ook gewoon taal- en rekenlessen gegeven. Voor lees- en schrijfoefeningen was het in die tijd belangrijk de verschillende drukletters goed te kennen: “cursijf, geschreeven en hoogduitsch”. Ook daarin voorzag het lesmateriaal.

rekenboekje   Boek met Duitse letters  Schuilkerk

Wat opvalt aan de collectie is dat alle boekjes zijn gekaft. Pieter was er zuinig op. Het ene is gekaft met oude centsprenten, de ander met De Reizende Nieuwsbode van 12 november 1860. En zelfs de schrijfoefeningen vonden een nieuw leven als kaft. In alle boekjes schreef Pieter zijn naam en een datum. Soms ook van wie hij het had gekregen. In één van de boekjes schreef hij: ‘Sintnicolaasgeschenk van P.B. gekregen, 6 december 1864 van mijn eerwaarden leeraar J. de Vries.’

Jeronimo de Vries was van 1862 tot 1865 als predikant aangesteld in de doopsgezinde Noordeinder Vermaning die toen nog een schuilkerk was. In die hoedanigheid is het goed mogelijk dat hij aanvullend onderwijs heeft gegeven, overeenkomstig de Onderwijswet van 1857: ‘Onderwijs in de godsdienst wordt overgelaten aan kerkgenootschappen. Hiervoor kunnen de schoollocalen buiten de schooluren (…) beschikbaar worden gesteld.’

Detail van een kadastrale kaart   Pieter Bruin in achtertuin  Lijnbaan van Bruin

Het lager onderwijs was diende namelijk nog neutraal te zijn. Van 1844 tot 1873 was J.W.W. van Marle hoofdonderwijzer in Graft. De school lag tussen 1851 en 1876 direct ten noorden van de Hervormde Kerk, op het perceel van het huidige Raadhuisstraat 26. De gemeenteraad had Van Marle ondanks protest van de commissie voor ‘schooltoevoorzigt’ aangesteld. Later lagen gemeente en Van Marle regelmatig in de clinch. Hij beklaagde zich jarenlang over zijn salaris. Om rond te komen moest hij bijklussen. Het liefst deed hij net als collega’s kerkhofbeheer, want het bedienen van het klokkenuurwerk was hem te zwaar en te gevaarlijk. Maar zijn briefwisseling geeft meer prijs over het dorpsleven van toen: zo schrijft hij in 1856 dat hij minder inkomsten heeft omdat hij ‘30 kinderen minder dan vroeger op zijne school telt en er, in de jongstverloopene maand, 16 door den dood zijn weggevallen, te welk mede [mijn] bestaan bedreigt’. De kindersterfte was enorm.
Van Marle raakt ook een aantal keer in opspraak door onverschillig gedrag ten aanzien van aanwezigheid en lestijden. En in 1861 – wanneer Pieter nog les van hem heeft – moet hij zich terugtrekken in een kuuroord in Zandvoort. De gemeente en de schoolinspecteur breken hun hoofd over hoe ze desondanks goed onderwijs kunnen geven aan de 109 ingeschreven leerlingen.

pakhuis lijnbaan  Het huis van Pieter en Antje   Smalspoor

In één van de geschonken boekjes lezen we briefwisselingen uit 1864 tussen Pieter en vrienden. Hierin schrijft Pieter op 29 januari 1864 dat de rekenboekjes hem goed van pas komen omdat hij boer wil worden. Of de briefwisseling in het schriftje nu fictie is of niet, Pieter volgde zijn vader uiteindelijk op in de touwslagerij. Op 28 januari 1892 trouwde hij met Antje Oortwijn met wie hij drie kinderen krijgt: Trijntje (1893), Louwris (1895) en Pieter (1902). Op het perceel van zijn ouderlijk huis bouwt hij een nieuwe woning, dezelfde plek waar zijn opa en doopsgezind predikant Pieter Bruin Willemszoon in 1812 ging wonen nadat hij touwslagerij ‘De Vrede’ erfde en als eerste Bruin touwslager werd.

Met zoon Louwris bestierde Pieter Lsz. de laatste touwslagerij van het Noordeinde. De nering stopte in 1914. Door modernisering in polderbemaling en de scheepvaart was er steeds minder vraag naar touwwerk.

Door Emmie Snijders

Alle schoolboekjes van Pieter Bruin zijn beschreven in de bibliotheekcatalogus van het Regionaal Archief.

Foto's uit de pivécollectie van M. Bruin mogen niet zonder toestemming van de eigenaar hergebruikt worden.

test