Bruggen bouwen aan de Noorderkade

Regelmatig lezen we in de krant berichten over problemen met bruggen in Alkmaar. De Leeghwaterbrug zorgt met zijn vertraagde renovatie al tijden voor verkeersoverlast en de Victoriebrug staat al lange tijd werkloos open. Maar denk niet dat vroeger alles beter was, want wie zich verdiept in de geschiedenis van Alkmaar, vindt vele discussies en klaagzangen over bruggen. Bruggen die te smal waren voor de karren, te laag voor de scheepvaart, te lang open stonden, het is van alle tijden.

Zo waren er in het begin van de jaren dertig van de vorige eeuw twee oude bruggetjes aan de Noorderkade, een over de Oude Hoornse Vaart en een over de Nieuwe Hoornse Vaart. Zij maakten deel uit van een smal dijkweggetje langs de Noorderkade. Toen vanaf begin vorige eeuw zich steeds meer industrie vestigde aan de Noorderkade, bleek deze weg met zijn smalle bruggetjes al snel ongeschikt voor zwaarder verkeer. De brug over de Nieuwe Hoornse Vaart, waar veel scheepverkeer doorheen moest, was veel te smal en te laag voor de passerende schepen. Na de klachten van burgerij en de bedrijven aan de Noorderkade werd begin jaren dertig begonnen met de planvorming. Het leidde tot verhitte discussies in de raad, en pas in 1936 was het werk helemaal gedaan.

Gezicht uit 1898 op de Huiswaarderpolder  De Noorderkade in 1903 met de Kwakelbrug  De oude brughoofden van de brug over de Oude Hoornse Vaart

Het eerste idee was om de brug over de Nieuwe Hoornse Vaart, de toenmalige Kwakelbrug, te vergroten en verhogen. Maar Rijkswaterstaat gaf er toch de voorkeur aan om de brug over de Oude Hoornse Vaart (op de plek van de huidige Noorderbrug) te vernieuwen, en de Kwakelbrug te vervangen door een duiker. Een brug minder scheelt onderhoud, en door een doorvaart te maken van de Houthaven naar de Nieuwe Hoornse Vaart zou het eerste, smalle stuk van de Nieuwe Hoornse Vaart kunnen vervallen als vaarweg. De oude basculebrug over de Oude Hoornse Vaart zou dan vervangen worden door een veel grotere en verhoogde vaste brug, waardoor het hele stuk weg daar verbeterd en verbreed kon worden. De Nieuwe Hoornse Vaart zou verderop verbreed worden tot 25 meter, waarbij het geschikt werd voor schepen tot 200 ton.

De tijdelijke noodbrug over de Oude Hoornse Vaart  de tijdelijke noodbrug over de Oude Hoornse Vaart.  Met de kraan van het ‘Alkmaars Havenbedrijf’ wordt een buis voor de aan te leggen duiker op zijn plek gehesen

Al snel na het bekend worden van de plannen kwamen er protesten van met name de Vereenigde Brandstoffenhandel, die gevestigd was op een terrein tussen de beide Hoornse Vaarten. Zij hadden daar onder meer een vrij nieuwe losinrichting voor de schepen die steenkool kwamen leveren. Om gelost te kunnen worden, moesten deze schepen aanmeren voor de Noorderkade, waarbij ze de op dat moment nauwelijks gebruikte doorvaart naar de Oude Hoornse Vaart blokkeerden. In de daaropvolgende besprekingen, onderhandelingen en berekeningen, kwam uiteindelijk het voorstel om de Brandstoffenhandel schadeloos te stellen zodat deze een nieuwe losinrichting kon plaatsen. Met een vergoeding van 10.000 gulden, de helft van de totale kosten, was het bedrijf tevreden, en de plannen konden worden uitgevoerd.

Overzichtstekening van de situatie voor 1936.  Gezicht over het Noordhollands Kanaal,

Onlangs ontvingen wij van Hans Henneke en Bep IJsselstijn-Oosterling een schenking van een aantal foto’s van de werkzaamheden aan de bruggen. Op deze foto’s zien we de aanleg van de duiker, en het werk aan een tijdelijke en nieuwe brug over de Oude Hoornse Vaart.
Het resultaat van alle werkzaamheden mocht er zijn. Een journalist van deze krant in 1936 had het over de ‘Moderne constructie-werken aan de Noorderkade’. Op dat moment was de weg verbreed en de werkzaamheden aan de bruggen bijna afgerond. Over de Oude Hoornse Vaart lag de nieuwe, grote betonnen brug, gesierd met helblauwe leuningen. De journalist zag wel als nadeel dat de hoge, steile opritten van de brug een probleem konden vormen voor paard en wagen. Voor het doorgaand scheepvaartverkeer was de brug echter een grote verbetering. Ook de Vereenigde Brandstoffenhandel had de gelegenheid aangegrepen om een flinke vernieuwing op hun terrein door te voeren. De rijdende kraan werd verplaatst, waardoor de te lossen schepen niet meer in de weg lagen. Een woonhuis werd omgebouwd tot kantoren en daarachter werd een grote betonnen loods gebouwd. In deze loods waren 37 vakken voor de verschillende soorten brandstoffen beschikbaar. Daarnaast was er een afdeling om de jute zakken te drogen, een weegbrug en een garage waar vijf vrachtauto’s gestald konden worden. Een wereld van verschil met de oude situatie. De journalist eindigt zijn beschouwing dan ook met: ‘Zij die zich het begin van de Noorderkade van vroeger nog herinneren, zullen verwonderd staan over hetgeen er thans veranderd is.’ Datzelfde gevoel bekruipt ons nu ook, als we de foto’s bekijken van de situatie na dit werk, en dit vergelijken met hoe het er tegenwoordig uitziet aan de Noorderkade.

Door Paul Post

test